Als advocaat heb je een belangrijke rol in de samenleving. Je staat mensen bij in hun juridische kwesties en verdedigt hun belangen. Maar met deze rol komt ook een grote verantwoordelijkheid. Om deze verantwoordelijkheid te benadrukken en de integriteit van de advocatuur te waarborgen, leggen advocaten een eed af. In dit artikel gaan we dieper in op de eed advocaat en wat deze belofte inhoudt.
Wat is de eed advocaat?
De eed advocaat is een plechtige belofte die advocaten afleggen bij de beëdiging tot advocaat. Deze eed is vastgelegd in de Advocatenwet en heeft als doel de integriteit en onafhankelijkheid van de advocatuur te waarborgen. De eed is een belangrijk onderdeel van de beroepseed die alle advocaten in Nederland moeten afleggen.
De eed advocaat luidt als volgt:
“Ik zweer (beloof) getrouwheid aan de Koning, gehoorzaamheid aan de wetten en onderwerping aan de tuchtrechtspraak van de Nederlandse Orde van Advocaten. Ik zweer (beloof) dat ik de advocatenwet en alle andere wetten zal nakomen. Ik zweer (beloof) dat ik geen zaak zal aanraden of verdedigen die ik in gemoede niet geloof rechtvaardig te zijn. Zo waarlijk helpe mij God almachtig (Dat verklaar en beloof ik).”
Met deze eed belooft de advocaat onder andere dat hij of zij zich zal houden aan de wetten en regels die gelden voor de advocatuur. Ook belooft de advocaat dat hij of zij alleen zaken zal aanraden of verdedigen waarvan hij of zij gelooft dat deze rechtvaardig zijn.
Waarom is de eed advocaat belangrijk?
De eed advocaat is belangrijk omdat het een symbolische belofte is van integriteit en vertrouwen. Advocaten hebben een belangrijke rol in de samenleving en moeten daarom integer en betrouwbaar zijn. De eed herinnert advocaten aan deze verantwoordelijkheid en benadrukt het belang van de onafhankelijkheid van de advocatuur.
Daarnaast is de eed advocaat ook een juridisch bindende belofte. Als een advocaat zich niet houdt aan de eed, kan dit leiden tot tuchtrechtelijke maatregelen. Dit kan variëren van een waarschuwing tot schorsing of zelfs ontzetting uit het ambt.
De beroepseed
Naast de eed advocaat moeten alle advocaten in Nederland ook de beroepseed afleggen. Deze eed is in 2015 ingevoerd en heeft als doel de kwaliteit en integriteit van de advocatuur te bevorderen. De beroepseed is breder dan de eed advocaat en omvat ook zaken als het bevorderen van de rechtsstaat en het respecteren van de rechten van de mens.
De beroepseed luidt als volgt:
“Ik zweer (beloof) dat ik als advocaat of advocaat-stagiair mijn beroep zo goed mogelijk zal uitoefenen. Ik zweer (beloof) dat ik daarbij in het belang van de cliënt zal handelen en dat ik mij zal gedragen zoals een behoorlijk advocaat betaamt. Ik zweer (beloof) dat ik mij zal houden aan de wetten, de verordeningen en de gedragsregels die op mij als advocaat of advocaat-stagiair van toepassing zijn. Zo waarlijk helpe mij God almachtig (Dat verklaar en beloof ik).”
Met deze eed belooft de advocaat onder andere dat hij of zij het beroep zo goed mogelijk zal uitoefenen en daarbij in het belang van de cliënt zal handelen. Ook belooft de advocaat dat hij of zij zich zal houden aan de wetten, verordeningen en gedragsregels die gelden voor de advocatuur.
De tuchtrechtspraak
Als een advocaat zich niet houdt aan de eed advocaat of de beroepseed, kan dit leiden tot tuchtrechtelijke maatregelen. De tuchtrechtspraak voor advocaten wordt uitgevoerd door de Nederlandse Orde van Advocaten en heeft als doel de kwaliteit en integriteit van de advocatuur te waarborgen.
Als een klacht wordt ingediend tegen een advocaat, wordt deze behandeld door de Raad van Discipline. Deze raad bestaat uit advocaten en niet-advocaten en heeft als taak te beoordelen of de klacht gegrond is. Als de klacht gegrond wordt verklaard, kan de raad verschillende maatregelen opleggen, zoals een waarschuwing, schorsing of ontzetting uit het ambt.
Conclusie
De eed advocaat is een belangrijke belofte van integriteit en vertrouwen die advocaten afleggen bij de beëdiging tot advocaat. Met deze eed beloven advocaten onder andere dat zij zich zullen houden aan de wetten en regels die gelden voor de advocatuur en dat zij alleen zaken zullen aanraden of verdedigen waarvan zij geloven dat deze rechtvaardig zijn. De eed herinnert advocaten aan hun verantwoordelijkheid en benadrukt het belang van de onafhankelijkheid van de advocatuur. Als een advocaat zich niet houdt aan de eed, kan dit leiden tot tuchtrechtelijke maatregelen. De tuchtrechtspraak voor advocaten heeft als doel de kwaliteit en integriteit van de advocatuur te waarborgen.